Broodventers

Het brood,de koek,koekjes en het gebak werd bij de klanten in de omgeving gebracht.Elke venter had zijn eigen route en hij wist zo ongeveer wat de klant nodig had. Hij mocht 'smorgens niet voor 9 uur op pad,dat was wettelijk bepaald.


Roelf Giezen bezorgde in zijn jonge jaren ook brood en voor de rijksdaalders die hij van de klanten kreeg, had hij een speciaal geldzakje


Otto Halmingh

Otto bezorgde in Valtherblokken,Valthe,Exloo,Klijndijk en Odoorn.

Hij hielp 'smorgens eerst met bakken in de bakkerij,at dan thuis brood en ging vervolgens op pad met zijn paard en wagen.Zijn paard was een pittige vos,maar Otto kon daar goed mee omgaan, Hij zong graag onderweg en vaak was dat 'Haidewieka'en 'ouwe taaie'. Van zijn klanten kreeg hij geregeld appels en pruimen en hij werd door hen wel eens 'kleine bakkerdie' genoemd.

Tussen Valthe en Weerdinge woonde boer Sanders,waar Otto even pauzeerde voor een kop koffie. Ook bij boer Ottens en Everts in Exloo dronk hij regelmatig koffie of thee. In Valthe gaven buren bij de geboorte van een kind een heel groot krentenbrood. Otto droeg een 'striepkoorn jas en een pet met de letters ODG er op      ( Ons Dagelijks Brood).

Zijn paard was een kwaad vospaard, maar hij kon daar goed mee omgaan. Als Otto op de terugweg bij Valthe de Hondsrug afging, moest hij met zijn voet het paard wat tegenhouden, anders ging hij veel te hard.

In de oorlog, toen hij nog met een bakfiets reed, kreeg hij een keer een varkentje van iemand,die hij in de bak naar huis vervoerde. Wel was hij bang dat het dier ging knorren en door de Duitsers zou worden afgepakt.Gelukkig is het goed afgelopen.

    


De eerste auto van bakkerij Giezen , waarmee Otto brood bezorgde, was een chevrolet en later had hij zelf een Volkswagen bestelwagen.   

Op 65-jarige leeftijd is hij gestopt met brood bezorgen.In 2008 vierden hij en zijn vrouw Lammechien Eerenstein hun platina bruiloft (75 jaar getrouwd).

Mag ik je rijbewijs even zien,........

Meindert Halmingh, werkte net als zijn vader ook bij onze opa (bakkerij) Giezen. Toen Meindert begon, had hij geluk, Meindert kon de bezorg route Zuiderdiep tot achter in de mond, overnemen van Willem Haak die in de bakkerij ging werken.

En toen later ook nog eens die van Meindert zijn vader Otto, toen die er mee stopte, Meindert kreeg Valther blokken er bij. En toen Benny Arends er mee stopte ,kreeg Meindert ook de kavelingen er bij, en nog later een deel van Johan d’ Haan zijn route er bij, dat was Zuiderdiep en Noorderdiep voor in de mond.

Meindert had nog geen rijbewijs, maar hij ging toch met de bestelwagen op pad.

Op een zekere dag kwam Meindert bij politieagent Drijfhout, en Drijfhout vroeg of Meindert even mee naar binnen wou komen. Politie Drijfhout vroeg aan Meindert, mag ik je rijbewijs even zien? . Mijn rijbewijs zei Meindert, Tja die had Meindert ja niet, want Meindert was namelijk nog bezig met rijlessen. Gelukkig kreeg Meindert geen bekeuring van Politie Drijfhout, maar moest toen wel zijn rijbewijs halen.

Het brood bezorgen in Valthermond ging niet altijd gemakkelijk, het was tijdrovend werk, omdat er heel veel bruggen over het Zuiderdiep en Noorderdiep lagen. Het was toen der tijd verboden om met Auto’s over de bruggen te rijden, dus Meindert moest veel lopen om naar de overkant te komen.

Toen zijn vader Otto een nieuwe bestelwagen van onze opa (bakkerij) Giezen zou krijgen, zou Meindert de oude bestelwagen van zijn vader krijgen. Maar daar had Meindert helemaal geen zin in, want die bestelwagen was niet zo best meer.

Meindert was er helemaal niet blij mee, en ging daarom solliciteren bij Philips Stadskanaal. Onze opa was daar niet blij mee, want hij wilde Meindert helemaal niet kwijt.

Daarom belde onze opa (bakkerij) Giezen naar Philips, met het verzoek om Meindert niet aan te nemen, wat hij kon niet gemist worden in het bedrijf.

En zo geschiede het, en kreeg Meinder van onze opa een nieuwe bestelwagen.

Meinderd werkte net als zijn vader Otto, als zelfstandige, of zoals ze het tegenwoordig noemen, als zzp’er . De bakkersproducten kocht Meindert van onze opa, en verkocht het weer aan de klanten.

Meindert was altijd elke zaterdag om 5 uur in de bakkerij, hij hielp dan mee in de bakkerij en pakte, als het brood afgekoeld was , zijn bestelwagen in.

Op het dak van de bestelwagen zat een soort ventilator, die er voor zorgde dat de vochtige lucht werd afgevoerd.

Zaterdag had Meindert wel drie knechten aan het werk, die hem hielpen met bezorgen. En als afsluiting van een drukke zaterdag, dronk Meindert halverwege Valthermond een paar borreltje met zijn knechten.

Maar voor Meindert zat de dag er nog niet op, hij moest namelijk nog gebak rondbrengen, en dat moest allemaal voor 20:00 uur bij de klanten zijn, dus dat was een lange werkdag.

Zondags ging Meindert voetballen, hij was een fanatiek voetballer. Maandag moest er weer gewerkt worden, en kreeg hij veel vragen en de nodige commentaar , waar hij niet altijd blij mee was. Maandag was dus ook altijd een lange werkdag voor Meindert.